Ad Visser koos voor zijn radioprogramma SuperCleanDreamMachine graag langere, toendertijd als psychedelisch aangemerkte, nummers. De drumsolo in In a Gadda da Vida maakte een bijzondere indruk op mij en na wat sparen kon ik de plaat van Iron Butterfly kopen. De tekst van het liedje zei me eigenlijk weinig, maar toendertijd – en eigenlijk nog steeds – gaat het mij om de muziek zelf met een jazz session achtige compositie. Pas later begreep ik dat de titel In a Gadda da Vida eigenlijk In the Garden of Eden had moeten zijn, althans dat wil de mythe. De tekst zou daar inderdaad beter bij passen.
Eigenlijk had ik toen nog geen eens een platenspeler. Ik moest de plaat opnemen met de platenspeler van mijn ouders om die vervolgens met mijn bandrecorder op mijn kamer af te spelen. Ik had zelf een versterker en ook een FM-tuner in elkaar geprutst aan de hand van bouwpakketten en dergelijke. De luidsprekers had ik ook zelf gebouwd.
Het nummer was de B-kant van de hele LP en nam met zijn 17 minuten een flinke hoeveelheid magneetband in beslag. Al gauw vond ik de nummers aan de andere kant minder interessant en die verdwenen dan weer van de band. Daarvoor in de plaats kwamen andere muziek, vaak van de radio.